Het originele plan van God (Deel 1)
Ons verhaal, het verhaal van de mensheid, begon niet met ons. Het begon met God. Want God schiep de hemelen en de aarde en alles wat op de aarde was. Het was het perfecte plaatje. Overal was er leven en er was geen spoor van verval. Er slechts nog één iets wat miste. Wij.
En God zeide: Laat Ons mensen maken naar ons beeld, als onze gelijkenis
Genesis 1:26
Toen formeerde de Here God de mens van stof uit de aardbodem en blies de levensadem in zijn neus; alzo werd de mens tot een levend wezen.
Genesis 2:7
En zo werd de man geschapen, maar hij was nog steeds alleen. Kijkend naar de man die Hij zojuist geschapen had concludeerde God dat het niet goed was dat hij alleen zou zijn. Wanneer u het volgende gedeelte leest dan lijkt het bijna of God in de war was en alsof Hij niet wist wat te doen. Hij concludeerde dat de man een helper nodig had, vergelijkbaar met hem. Dus begon God allerlei dieren te formeren en bracht ze naar Adam. Interessant feit is dat Hij dit deed om “te zien hoe hij ze noemen zou”.
En de Here God zeide: Het is niet goed, dat de mens alleen zij. Ik zal hem een hulp maken, die bij hem past. En de Here God formeerde uit de aardbodem al het gedierte des velds en al het gevogelte des hemels. Ook bracht Hij het tot de mens, om te zien hoe deze het noemen zou; en zoals de mens elk levend wezen noemen zou, zo zou het heten. En de mens gaf namen aan al het vee, aan het gevogelte des hemels en aan al het gedierte des velds, maar voor zichzelf vond hij geen hulp, die bij hem paste.
Genesis 2:18-20
Vind u dit niet vreemd? Het lijkt alsof God niet wist wat te doen om een geschikte hulp voor Adam te vinden, die vergelijkbaar was met hem. Waarom niet direct de vrouw voor hem formeren? Nu lijkt het alsof de vrouw de laatste optie was, slechts een hulp en een soort van slaaf om de man te behagen. Maar God wist precies wat Hij deed. Hij weet niet alleen de stappen die Hij nu onderneemt, maar ook alle nog te ondernemen stappen. Dat betekend dat Hij precies wist dat al deze creaties nooit in de buurt zouden komen van de standaard die Hij wilde gebruiken. Waarom deed Hij het dan toch? Omdat Hij wilde dat Adam dit ook zou weten en omdat Hij wilde dat Adam tot dezelfde conclusie zou komen. Dat is waarom God luisterde toen Adam al deze creaties een naam begon te geven. Adam noemde ze allemaal, maar geen van hen kreeg de naam “helper” of iets dat daarmee gelijk was. Op het punt dat Adam zich realiseerde dat geen van de creaties zijn hulp kon zijn, zijn gelijkwaardige metgezel, liet God een diepe slaap op hem vallen.
Toen deed de Here God een diepe slaap op de mens vallen; en terwijl deze sliep, nam Hij een van zijn ribben en sloot haar plaats toe met vlees. En de Here God bouwde de rib, die Hij uit de mens genomen had, tot een vrouw, en Hij bracht haar tot de mens. Toen zeide de mens: Dit is nu eindelijk been van mijn gebeente en vlees van mijn vlees; deze zal „mannin” heten, omdat zij uit de man genomen is.
Genesis 2:21-23
God wilde niet dat Adam de vrouw voor lief zou nemen. Hij wilde een punt maken. En toen Adam in staat was het punt te zien, creëerde God de vrouw voor hem en bracht haar naar hem toe. Adam was dolenthousiast. Eindelijk had hij de hulp die hij nodig had en die een gelijkwaardige metgezel was. En zo werd de vrouw geschapen. Samen vormden Adam en Eva een eenheid op de aarde, creaties naar Gods beeld, naar Zijn gelijkenis. Zij hadden direct contact met hun Schepper en wandelden dagelijks met Hem. Maar God had hen ook een missie gegeven.
Weest vruchtbaar en wordt talrijk; vervult de aarde en onderwerpt haar, heerst over de vissen der zee en over het gevogelte des hemels en over al het gedierte, dat op de aarde kruipt.
Genesis 1:28
Het originele plan van God. Wij zijn geschapen om heerschappij over de aarde te hebben, over de vissen van de zee en over het gevogelte en over ieder levend schepsel op de aarde. Het eerste wat God deed was de mensheid de autoriteit geven over de gehele aarde. Wat een glorieus moment moet dat geweest zijn. Toch duurde het slechts de eerste twee hoofdstukken van de Bijbel. Desalniettemin was en is het Gods originele plan voor ons om heerschappij over de aarde te hebben. Maar toen kwam er zonde en veranderde alles.
Het is goed om te vermelden dat in Gods originele plan de heerschappij gebaseerd was op alleen het “leven”. Het was niet gebaseerd op de wet of op kennis, want Adam en Eva waren geschapen zonder de kennis van goed en kwaad. Zij hadden pure onschuld. Dus eigenlijk was het enige wat ze opgedragen hadden gekregen om het leven te verspreiden en om de verspreiding van leven te ondersteunen. Verder dan dat ging hun kennis niet.
Direct nadat Hij de man geschapen had, en voordat Hij de vrouw schiep, formeerde God de hof van Eden. In die hof stonden allerlei soorten bomen die begeerlijk waren om te zien en goed om van te eten. In het midden van die hof stonden twee verschillende soorten bomen. De boom des levens en direct daarnaast de boom van kennis van goed en kwaad. Met de creatie van deze bomen gaf God de man de volgende instructies.
Van alle bomen in de hof moogt gij vrij eten, maar van de boom der kennis van goed en kwaad, daarvan zult gij niet eten, want ten dage, dat gij daarvan eet, zult gij voorzeker sterven.
Genesis 2:16-17
Twee bomen, één beslissing. Om te gehoorzamen of om niet te gehoorzamen. Om binnen Zijn wil te leven of daarbuiten. Toen satan de vrouw benaderde, probeerde hij hetzelfde te gebruiken wat hij in de hemel had gebruikt en waardoor hij werd verbannen. De wortel van alle zonden: Trots.
De slang echter zeide tot de vrouw: Gij zult geenszins sterven, 5maar God weet, dat ten dage, dat gij daarvan eet, uw ogen geopend zullen worden, en gij als God zult zijn, kennende goed en kwaad.
Genesis 3:4-5
Het was precies hetzelfde dan wat hij in de hemel had gedaan. Hij had ooit de hoogste rang in de hemel en had alleen God Zelf boven hem. Hij was ooit de enige gezalfde cherubijn die de troon van God bedekte (Ezechiël 28:14). Geen ander wezen was ooit zo dicht bij God dan hij was in die tijd. En hij verloor alles vanwege zijn trots, omdat Hij aan God gelijk wilde zijn en omdat hij God wilde zijn. In zijn rebellie tegen God probeerde hij God te verslaan en verloor. Hij verloor zijn plaats op de heilige berg van de Heer. Hij verloor zijn plaats in de hemel. Hij verloor zijn autoriteit en zijn recht om te “zijn”. Het Woord zegt letterlijk: “en er zal geen jij meer zijn”, wat hem zijn identiteit ontnam en het recht om te zijn (Ezechiël 28:19). Toen, in de hof van Eden, verleidde hij de vrouw met dezelfde trots, en zij viel ervoor. Direct daarna verleidde de vrouw de man en ook hij viel ervoor.
En de vrouw zag, dat de boom goed was om van te eten, en dat hij een lust was voor de ogen, ja, dat de boom begeerlijk was om daardoor verstandig te worden, en zij nam van zijn vrucht en at, en zij gaf ook haar man, die bij haar was, en hij at. Toen werden hun beider ogen geopend, en zij bemerkten, dat zij naakt waren; zij hechtten vijgebladeren aaneen en maakten zich schorten.
Genesis 3:6-7
Tot op dat punt had satan geen autoriteit over iets. Maar een geestelijk regel is dat geloof macht geeft. Wat er op dat moment gebeurde was een geestelijke transactie, waarmee de autoriteit over de aarde werd overgedragen van de mens naar satan. Hoe deed hij dat? Door een leugen te vertellen? Ja, hij vertelde de vrouw een leugen, maar dat is niet het enige wat hij deed. Hij gaf haar de waarheid, vermengd met een leugen. Het was waar dat hun ogen geopend zouden worden. Het was waar dat ze aan God gelijk zouden worden, door de kennis van goed en kwaad. Maar het was een leugen dat zij niet zouden sterven. Door hen genoeg van de waarheid te geven om de leugen te geloven, zorgde hij ervoor dat de vrouw geloof in hem kreeg. Maar het enige wat de vrouw waarschijnlijk hoorde was het gedeelte “zijn als God”. Het doel van satan was om Adam en Eva te doen laten twijfelen aan de trouw en betrouwbaarheid van God. Omdat hij daarin wist te slagen kon de overboeking van autoriteit plaatsvinden en verkreeg hij het gezag over de aarde.
En de Here God zeide: Zie, de mens is geworden als Onzer een door de kennis van goed en kwaad; nu dan, laat hij zijn hand niet uitstrekken en ook van de boom des levens nemen en eten, zodat hij in eeuwigheid zou leven. Toen zond de Here God hem weg uit de hof van Eden om de aardbodem te bewerken, waaruit hij genomen was. En Hij verdreef de mens en Hij stelde ten oosten van de hof van Eden de cherubs met een flikkerend zwaard, dat zich heen en weer wendde, om de weg tot de boom des levens te bewaken.
Genesis 3:22-24
En dat is waar het originele plan van God voor de mensheid ten einde kwam. Aangezien zij hun onschuld verloren waren, waren zij niet langer in staat om heerschappij over de aarde te hebben op basis van alleen het “leven”. De reden daarvoor was dat ze nu kennis hadden van goed en kwaad. En met kennis is het zo dat u iets niet kunt ‘ontweten’. Op het moment dat u kennis verkregen heeft, kunt u daar niet meer vanaf komen. Dus om het plan te laten slagen, dat de mens in staat zou zijn om over de aarde te heersen, was er een ander plan nodig. Een plan waarbij de kennis van goed en kwaad betrokken zou zijn en een plan dat de effecten van zonde teniet zou zijn, welke zojuist in de mensheid waren gekomen en door de mensheid in de wereld waren gekomen. Adam en Eva, de koning en koningin van de aarde, waren hun door God gegeven autoriteit verloren.